De afgelopen drie weken waren Anke en ik op vakantie. Ik had me voorgenomen elke dag in elk geval een uur te schrijven. Door te schrijven komen er vaak nieuwe ideeën. Elke dag schrijven was iets te ambitieus, maar ik ben wel thuisgekomen met een eerste versie van het kwartaalverhaal dat ik op zondag 8 september ga vertellen.
Over het verhaal
De hel zoals wij die kennen is in de Middeleeuwen bedacht. Dantes Inferno schildert hem met veel geuren en kleuren maar een paar honderd jaar eerder maakte het visioen van Tondalus furore: een beschrijving van de reis van een gestorven ridder door de hel. Begeleid door zijn engelbewaarder daalt hij steeds verder af, langs gruwelijke straffen voor diverse soorten zondaars. De gebroeders van Lymborch gebruikten dit visioen voor hun plaat in het getijdenboek voor de hertog van Berry.
In de tijd dat de broers aan dat getijdenboek werkten, maakte deze zelfde hertog zich verdienstelijk door te bemiddelen in het zogenaamde Westers Schisma: de periode dat er twee pausen waren die elkaar over en weer verketterden. Een schisma dat niet alleen de kerk verdeelde, maar heel Europa. In de eerste jaren na de splijting was Berry nog een fan van de paus in Avignon, maar decennia later streefde hij voor Frankrijk hereniging van de kerk na.
In dit kwartaalverhaal komen gruwelijke, smeuïge en soms toch ook vermakelijke details naar boven over de reis van Tondalus door de hel en die van Berry door het schisma.